Dit liedje is ergens rond 1969 of 1970 ontstaan. Het heeft een beetje de sfeer van de middeleeuwse dodendansen. Let vooral op de wals van Shostakovitch op het eind, leuk hee...?
De zatlap wordt zot, vrienden komt kijken
Zijn hoofd barst kapot, een pracht vuurwerkpijl
Het is heel interessant, hij heeft alle syndromen
Van een delier in psychiaterstijl
Een rokende ketel met hete vulkanen
Die stomen en blazen is zijn arme kop
Zijn maag zit vol muizen en kikkers en spinnen
Zijn darmen verteren een paard in galop
Naar het ziekenhuis gaat men de zatlap nu voeren
Daar zijn er verpleegsters met sneeuwwit geduld
Hij zal daar dan liggen op de zaal van de dronkaards
In ziekenhuisgeur en witte lakens gehuld
En veel generaties studenten doktoren
Die zullen van hem nog jaren nadien
Zijn prachtige paarsbruine zatlappenlever
In een bokaal met formol kunnen zien
Neemt niemand hem op nu hij is gestorven
Hij was nooit erg nuttig geen mens die hem mist
Met zijn viezige smoel en zijn stinkende adem
En ‘s nachts heeft hij tegen ieders voordeur gepist
Waar zullen we dan de dronkaard begraven
Is er nergens geen plaats meer in deze stad
Hij neemt niet meer plaats in dan een druppel op de ruiten
Zijn vest kan nog dienen als nest voor de kat
De brave de wijze en nuttige mensen
Die schudden het hoofd en zeggen da’s wel
Hij heeft als hij zat was zijn kinders geslagen
Zijn ziel mag voor ons part recht naar de hel
Ze hebben dan maar de dronkaard gemeten
En groeven voor hem een fraai diepe put
In zijn kist die betaald werd met ziekenfondsgelden
Ligt hij nu veilig en lekker beschut